woensdag 4 januari 2012

Overgewicht: aanleg of opvoeding?

Het NCRV-programma Debat op 2 stelt deze week de vraag: "Overgewicht, is het aanleg of is het opvoeding?"  Dit is echter niet de goede vraag. Natuurlijk speelt aanleg een rol, en uiteraard is het gedrag van de ouders belangrijk. Maar op deze manier worden de belangrijkste factoren over het hoofd gezien. De gehele voedingsindustrie is gericht op zoveel mogelijk instant behoeftenbevrediging. Kennis over gezonde voeding is ver te zoeken, maar dit wordt door de supermarkten, fabrikanten en fastfoodleveranciers in alle gedaanten zeker niet goedgemaakt. Laat staan dat het mogelijk of duidelijk gemaakt wordt. Zoete yoghurt en ontbijtkoek worden geadverteerd met "vetvrij" of "vetarm". In de snackbar een advertentie dat deze frites "minder calorieën bevatten dan een broodje kaas" - ja, als je inderdaad een portie van 150 gram (vijf van die dikke frieten?) zonder mayo neemt. Niet dus. "Gezonde tussendoortjes" bevatten weliswaar weinig vet maar gewoonlijk heel veel suiker, en worden verpakt per twee of drie stuks. Kortom, voor de gewone consument is het maken van een gezonde keuze buitengewoon lastig, zo niet onmogelijk. Lees hierover ook mijn blog: http://miekevanstigt.blogspot.com/2011/10/de-schijf-van-vijf-is-in-de-supermarkt.html
Daarnaast zijn er nog zoveel factoren die een rol spelen: ongezonde kantines op scholen. Frietverkopende zwembaden en sportkantines, de rol van suiker, de rol van hormonen, enzovoorts. Overgewicht is een veelkoppig monster, dat niet onder één oorzaak te vangen is. Maar bovenal is overgewicht een klassenkwestie. Kinderen van hoogopgeleide ouders krijgen eerder te weinig vet (dat ze wel nodig hebben voor hun groei) dan te veel. Die ouders hebben ook iets te verliezen, namelijk status. Overgewicht wordt geassocieerd met lage status en lage intelligentie. Al lang is bewezen dat zelfbeheersing veel minder een rol speelt dan wordt aangenomen. De overheid laat een taak liggen in voorlichting over wat gezonde voeding is en wat een gezonde leefwijze is. Vettaks is te makkelijk, suiker speelt een grotere rol. Tegelijk wordt vergoeding van de diëtiste uit het verzekeringspakket geschrapt. De overheid en de voedingsindustrie hebben zeker baat bij het stigmatiseren van overgewicht als eigen schuld, dikke bult. Dan wordt de verantwoordelijkheid bij de dikkerds gelegd en hoeft verder niemand iets te doen. Maar de wetenschapsjournaliste Asha ten Broeke heeft al uitgezocht dat een bijstandsmoeder geen gezond voedingspatroon kan betalen, wel een vette hap (http://www.ashatenbroeke.nl/asha/2011/12/22/wat-kost-eten-eigenlijk/).
Conclusie: in het woud der verleidingen zijn de gezonde keuzes steevast duur, ingewikkeld, lastig en onbekend en kosten bovenmatig veel zelfbeheersing, veel meer dan mensen gemiddeld kunnen opbrengen, tenzij ze daar aan status mee kunnen winnen (en er het geld èn de kennis voor hebben!). De overheid doet hier heel weinig aan en de voedingsindustrie maakt winst. De dikkerds worden gestigmatiseerd als schuldig, dom en ongedisciplineerd, en zijn nu ook nog eens de veroorzakers van dure ziektekosten. Maar wist u dat gezond leven ons ook op kosten jaagt? Sportblessures kosten ons jaarlijks 1,4 miljard euro. Maar daar hoor je verder niemand over, dat valt natuurlijk niet binnen het stigmatiseringsbeleid. 
(http://www.nationaalkompas.nl/gezondheid-en-ziekte/ziekten-en-aandoeningen/letsels-en-vergiftigingen/sportblessures/sportblessures-samengevat/ )